Op het zwarte doek van de banier glinsterden en loerden zijn wrede en verachtelijke ogen, zijn lange lijf sidderde, zijn medogenloze kaken kwijlden bloed, vuur en dampend schuim.
Op het zwarte doek van de banier glinsterden en loerden zijn wrede en verachtelijke ogen, zijn lange lijf sidderde, zijn medogenloze kaken kwijlden bloed, vuur en dampend schuim.